Oefening 8: Interview met een (ex-)danser.

1) Maak groepjes per 2 leerlingen (bij een oneven aantal mag er 1 groepje van 3 personen gemaakt worden)
2) Denk na over iemand van jullie vrienden of familie die jullie zouden kunnen bevragen. Deze persoon moet een dans beoefenen of ooit beoefend hebben.
3) Bedenk vervolgens wat je van hem/haar wilt te weten komen. Giet vervolgens jullie vragen in een vragenlijst. 
4) Ga naar de persoon met de vragenlijst. Interview deze persoon en maak er een video-opname van.
5) Vervolgens oefen je enkele danspasjes samen met die persoon. Dit hoeft niet lang te duren. Maak hiervan eveneens een video-opname.
6) De video-opnames zet je op een USB-stick. Deze USB-stick neem je vervolgens mee naar de school.

Enkele tips:

• Maak een afspraak met de persoon die je gaat interviewen.
• Denk vooraf goed na waar je de video-opname zult maken. Buiten is er meer lawaai waardoor je de antwoorden vaak niet goed zal horen.
• Praat rustig en duidelijk.
• Luister goed. 
• Stel veel open vragen. Dat zijn vragen waar je geen “ja” of “nee” op kunt antwoorden. De beste vragen beginnen met hoe, wat, wie, wanneer, waar, welk, waarom, enzovoort. Mensen gaan dan meer praten. Stel dus vragen zoals: “Hoe is dat zo gekomen?” Wat vindt u het leukst aan die dansstijl?” 
• Schrijf de vragen in een logische volgorde op papier.
• Vraag door als een antwoord niet volledig of onduidelijk is.
• Vraag om uitleg als je het antwoord niet begrijpt.
• Bedank degene die je geïnterviewd hebt en neem afscheid.

VERANTWOORDING

ICT: LEERGEBIEDOVERSCHREIDENDE EINDTERMEN

7 De leerlingen kunnen ICT gebruiken bij het voorstellen van informatie aan anderen.

8 De leerlingen kunnen ICT gebruiken om op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier te communiceren.

De leerlingen maken een video-opname van enerzijds het interview en van anderzijds enkele danspasjes die ze inoefenen met de geïnterviewde. De video-opname hiervan spelen ze af in de klas (ET 7 en ET 8).

MUZISCHE VORMING (curriculum)

4. Muzische vorming - Beweging

4.3 De leerlingen kunnen samenwerken met anderen: om een eenvoudig dansverloop op te bouwen, om al improviserend te reageren op elkaars beweging.

4.5 De leerlingen kunnen nieuwe dansen ontwerpen met eenvoudige passen en figuren.

KWALITEITSVERHOGEND OMDAT

De communicatievaardigheden worden met behulp van deze oefening verbeterd evenals het digitaal voorstellen van informatie aan medeleerlingen.

Bronverwijzing:
HACO. (z.j.). Interview. Geraadpleegd op 14 oktober, 2014, op www.havistencompetent.nl